In de voorgaande lessen hebben we door middel van voor- en achtervoegsels woorden leren vormen. Door verandering van de uitgang van een woord kan men van zelfstandige naamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden, werkwoorden of bijwoorden maken. Andersom kan dat ook:
kanti
zingen
la kanto
het lied
devi
moeten
la devo
de plicht
ami
liefhebben
la amo
de liefde
deziri
wensen
la deziro
de wens
promeni
wandelen
la promeno
de wandeling
vivi
leven
la vivo
het leven
viziti
bezoeken
la vizito
het bezoek
la frato
de broer
frata
broederlijk
kuraĝi
moed hebben/durven
kuraĝa
moedig
kuraĝo
moed
Samengestelde woorden krijgen we, net als in het Nederlands, door de woorden aaneen te schrijven:
ĝardeno
tuin
benko
bank
ĝardenbenko
tuinbank
akvo
water
birdo
vogel
akvobirdo
watervogel
dormo
slaap
ĉambro
kamer
dormĉambro
slaapkamer
Je ziet bij de voorbeelden, dat de uitgangs -o van het eerste woord soms wordt weggelaten. Men doet dat niet als het woord dan moeilijk uitspreekbaar wordt. Dus niet: manĝĉambro, maar manĝoĉambro = eetkamer
Telwoorden
Het wordt nu tijd, dat we in het Esperanto leren tellen:
100 = cent, 500 = kvincent, 1000 = mil, 10.000 = dek mil
Namen van maanden
De namen van de dagen leerden we al, de namen van de maanden zijn:
januaro, februaro, marto, aprilo, majo, junio (klemtoon op de i), julio, aŭgusto, septembro, oktobro, novembro, decembro.
Persoonlijke voornaamwoorden
Om ons geheugen wat op te frissen, herhalen we nog eens de persoonlijke
mi
ik, (mij)
vi
jij, jou of u
li
hij of hem
ŝi
zij of haar (enkelvoud)
ĝi
het, hij, hem, zij, haar (duidt altijd een ding of een dier aan)
ni
wij, ons
vi
jullie
ili
zij (meervoud, wordt gebruikt voor personen, maar ook voor dingen en dieren), hen, hun
Het woordje ĝi wordt alleen gebruikt voor dieren en dingen,
ook wel voor personen als het geslacht daarvan (m., vr.) niet aan de orde is:
Het kind huilt, want het wil eten = La infano ploras, ĉar ĝi volas manĝi.
De kamer is groot, hij is vierkant = La ĉambro estas granda, ĝi estas kvadrata.
De kat is mooi, zij is in de tuin = La kato estas bela, ĝi estas en la ĝardeno.
Als een dier in een verhaal wordt verpersoonlijkt duidt men ook een dier wel eens aan met li of ŝi.
Bezittelijke voornaamwoorden
De bezittelijke voornaamwoorden worden gemaakt van de persoonlijke voornaamwoorden en wel door daar een -a achter te zetten:
mia
mijn
via
jouw, uw
lia
zijn
ŝia
haar
ĝia
zijn, haar
nia
onze, ons
via
jullie
ilia
hun
mijn tuin
mia ĝardeno
haar fiets
ŝia biciklo
uw brief
via letero
Het is logisch dat de uitgang van deze woorden een -a is, immers zij zeggen iets van het zelfstandige naamwoord en we leerden al dat de woorden die iets zeggen van een zelfstandig naamwoord op een -a eindigen. Ook volgen zij het getal van het zelfstandig naamwoord:
grote huizen
grandaj domoj
onze huizen
niaj domoj
onze grote huizen
niaj grandaj domoj
Nieuwe woorden om te leren
kiam
wanneer
kial
waarom
ĉar
want/omdat
vojo
weg
kie
waar
kiel
hoe (op welke manier)
popolo
volk
stacidomo
station
trafiko
verkeer
monto
berg
la mezo
het midden
per
met (door middel van)
presi
drukken
kompreni
begrijpen
bezoni
nodig hebben
kuiri
koken (bereiden)
montri
wijzen/tonen
alta
hoog
danĝera
gevaarlijk
komuna
gemeenschappelijk
oni
men
metro
meter
Het alfabet
Hier volgt het complete Esperanto-alfabet van 28 letters:
a, b, c, ĉ, d, e, f, g, ĝ, h, ĥ, i, j, ĵ, k, l, m, n, o, p, r, s, ŝ, t, u, ŭ, v, z. (spreek uit: a, bo, co, ĉo do, etc.)
Oefenen
Wanneer je een dakjesletter moet invoeren, dan kun je er een x achter zetten of een ^ ervoor zetten en dan converteert het programma dit naar een echte dakjesletter alvorens de zin na te kijken. Achter de u kun je alleen maar een x zetten.
Nieuw
: Wanneer je op 'alle' drukt krijg je alle mogelijke antwoorden te zien in de vorm van een zogenaamde reguliere expressie, maar dat wijst zichzelf wel. Wanneer je onze voorkeursvertaling wilt zien, maak dan het vertalingsveld leeg en druk op 'controleer'. We proberen ook rekening te houden met Vlaams taalgebruik in het goedkeuren van vertalingen, maar onze voorkeursvertaling is meestal meer op het Hollandse Nederlands gebaseerd. Soms is er weinig voorkeursverschil tussen de verschillende vertalingen en soms meer maar het is erg lastig om dat via de software duidelijk te maken. Waarschijnlijk missen er ook nog wat goede vertalingen, met name in het Vlaams, dus stuur ze gerust op. En wanneer je meent dat je eigen vertaling goed is en het toch fout gerekend wordt, vertrouw dan op je eigen oordeel want er kunnen nog wel wat foutjes in het systeem zitten en soms zijn er andere vertalingen die minstens even goed of zelfs beter zijn.
Je kunt de woordjes uit de oefeneningen hier oefenen.
Je kunt de woorden in deze les ook oefenen met de geluidsbestanden: