De familie Zamenhof
Zamenhof (Ludoviko Lazaro) leefde van 1859 tot 1917. Zijn vader (Marko) was streng. Hij gaf les o.a. in Duits en aardrijkskunde en probeerde er nog iets bij te verdienen als censuur-ambtenaar van kranten. Zijn moeder (Rozalia) die een zacht karakter had zorgde eveneens voor inkomsten door pensiongasten te houden. Er waren in het gezin 8 kinderen waarvan Ludoviko de oudste was.
Twee van zijn broers Felikso en Leono werden enthousiaste Esperanto-aanhangers. Zij ondersteunden waar mogelijk hun broer. Beiden waren zij actief in de esperantobeweging en publiceerden in het Esperanto.
Zamenhof was in Warschau werkzaam als oogarts. Hij had veel arme mensen onder zijn patienten en daar hij moeilijk aan iemand hulp kon weigeren bleef zijn inkomen laag. Hij was een harde werker en zeer geliefd. Hij had de intelligentie van zijn vader en het zachte karakter van zijn moeder. Zijn vrouw Klara was energiek, vrolijk en goedhartig. Het echtpaar Zamenhof kreeg 3 kinderen: Adamo, Sofia en Lidja.
Zamenhof overleed op 14 april 1917 tijdens de eerste wereldoorlog waardoor het voor buitenlandse Esperantisten niet mogelijk was de beprafenisplechtigheid bij te wonen.
De kinderen van Zamenhof leerden alle drie Esperanto. Adamo werd evenals zijn vader oogarts, Sofia werd arts en Lidja studeerde rechten maar wijdde zich daarna geheel aan het Esperanto. Zij vertaalde het boek 'Quo vadis' van de Poolse schrijver Sienkiewicz en enkele andere klassieke Poolse werken in het Esperanto. Ze gaf binnen en buiten Europa esperantoles volgens de Cseh-methode.
In 1939 werd de woning van de Zamenhofs bij een bombardement getroffen. Adamo, zijn vrouw en zusters werden gearresteerd. In 1940 werd Adamo door de nazi's vermoord. Zijn vrouw en zusters werden vrijgelaten maar kwamen een jaar later in het getto van Warschau terecht. Zijn beide zusters zijn van daaruit vervoerd naar het concentratiekanp Treblinka waar beiden zijn omgekomen. Alleen de vrouw van Adamo zag kans met hun 15-jarige zoon Ludoviko tijdens een transport te ontsnappen. Zij overleefden de oorlog. Door een verkeersongeval kwam zij in 1954 om het leven. De kleinzoon van Zamenhof, Ludoviko Zamenhof, woont in Parijs en is regelmatig als eregast aanwezig op Esperanto-wereldcongressen.
[volgende pagina]
[inhoud]